Portuguese-Dutch translations for balanço

• balans
  Op dat punt is de balans positief. O balanço sobre este ponto é positivo.
  We bevinden ons in een situatie waarin de balans moet worden opgemaakt. Neste momento decisivo, temos de fazer um balanço.
  Ik heb nog een opmerking, mijnheer de Voorzitter, in het kader van het opmaken van de balans. Algumas palavras, Senhor Presidente, para fazer o balanço.
• geslinger
• schommel

Synonyms

• baloiço

Related words

• balanco
• balanço de probabilidades
• cadeira de balanço