German-Dutch translations for voraussagen

prediceren
voorspellen
Wie had zestig jaar geleden kunnen voorspellen dat wij nu hier zouden zijn? Wer hätte noch vor 60 Jahren voraussagen können, wo wir uns heute befinden? Het criterium is maatschappelijke noodzaak en die valt niet te voorspellen. Das Kriterium ist die gesellschaftliche Notwendigkeit, und diese lässt sich nicht voraussagen. Niemand kon de tragische ontwikkeling van de politieke crisis in de Balkan voorspellen.Niemand hat die Dramatik der politischen Krise im Balkan voraussagen können.

Dictionary